Het Annapurna circuit. (oktober 2007) |
Kathmandu-Besisahar
Donderdag 11 oktober Van Katmandu gaan we met een bus naar Besisahar. Een rit van zo'n 160 kilometer, waar we een uur of 7 over doen. Besisahar is een klein dorpje waar de verharde weg ophoudt en de trektocht de volgende dag begint. De weg loopt stroomopwaarts langs de Marsyandi Khola, de rivier die we tot aan de Thorung La-pas zullen volgen. Als elektromonteur valt mij meteen iets op. De straatlantaarns worden hier met een gewoon snoerschakelaartje één voor één aangestoken. Absoluut niet water- en weerbestendig. Het is niet vreemd dat hier bijna dagelijks de stroom een paar keer uitvalt. |
|
Besisahar - Ngadi
Dag 1 Vrijdag 12 oktober (3:30 uur) De eerste trekkingdag begint met een wandeling langs Marsyangdi. We passeren een aantal hangbruggen. De meeste bruggen zijn tegenwoordig van staal. Het pad wordt gedeeld met talloze ezels. Als je ze tegenkomt, is het de bedoeling dat je zelf aan de kant van de berg gaat staan en niet aan de kant van het dal. De bagage op de rug van de ezel kan je een mooi zetje geven, waardoor je naar beneden kukelt. Een enkele ezel met haast duwt zijn kop tegen mijn bovenbeen. Het is een vrolijke bellende optocht, waar ik geen genoeg van kan krijgen. 's Avonds wordt er door leerlingen van een plaatselijke school muziek gemaakt. Er wordt geld ingezameld voor leermiddelen. In het hotel zijn de wanden van de slaapkamers met kranten beplakt. Je zou anders door de kieren de buren kunnen zien. |
|
Ngadi - Jagat
Dag 2 Zaterdag 13 oktober (6 uur) Om 7 uur ontbijten en om 8 uur vertrekken is de dagelijkse routine. Geen probleem, want we liggen meestal al om een uur of 9 in bed. We lopen vandaag door een subtropische omgeving met o.a. bananenbomen. Het zal iedere dag een beetje koeler worden. De bananen maken dan plaats voor appels. Eten met banaan, zoals bananenpannenkoeken staan niet meer op het menu. Met een zeer lange en indrukwekkende hangbrug wordt de Marsyangdi weer overgestoken. Heleen krijgt van een aantal kinderen een hand. Een kinderwagen is hier een onding. Vrouwen dragen de kinderen op de rug of in een mand. |
|
Jagat - Dharapani
Dag 3 Zondag 14 oktober (6 uur) Boeddhistische dorpen herken je aan de gebedsvlagen en stenen die bij de ingang en de uitgang van het dorp zijn geplaatst. Het is vandaag een standaard trekkingdag. Beetje klimmen, beetje dalen, bruggetjes over, ezels passeren e.d. |
|
Dharapani - Chame
Dag 4 Maandag 15 oktober (4:30 uur) We hadden vannacht een hotelkamer met badkamer. Een hele luxe in dit gebied. Ik ben er achteraf niet blij mee, want de wc verspreidt geen prettige geur. Vandaag maken we voor het eerst kennis met de maoïsten. Ze willen ongeveer een euro pp incasseren. Dat is te doen. Later deze reis zijn we een post gepasseerd waar ze twintig euro pp wilde hebben. Terwijl de gids met de mannen stond te praten, zijn we daar met zijn allen doorgelopen. We hadden een paar grote mannen in de groep en de maoïsten waren maar met een paar kleine Nepaleesjes. We zien vandaag de eerste toppen van het Annapurna massief. |
|
Chame - Pisang
Dag 5 Dinsdag 16 oktober (5 uur) Volgens de beschrijving van Shoestring zouden we vandaag in de regelschaduw van het Annapurna massief lopen. Het zou hier maar heel weinig regenen. We starten deze dag echter in de regen. In de loop van de dag klimmen we naar een hoogte, waar de regen verandert in sneeuw. We komen verkleumd en verzopen aan in het hotel. De kachel wordt roodheet gestookt en de volgende ochtend is alles zo goed als droog. |
|
Pisang - Manang
Dag 6 Woensdag 17 oktober (4:30 uur) Er zijn twee routes naar Manang. Door de sneeuwval van de vorige dag nemen we de makkelijke route. We verwachten veel modder en sneeuw op de moeilijke route. Gelukkig schijnt de zon vandaag weer. Aan het eind van de dag komen we de eerste yaks tegen. |
Dag 7 Vandaag een "rustdag" in Manang. De gids raadt ons aan om op de rustdag naar 3800 meter te klimmen, om te acclimatiseren. Driehonderd meter omhoog dus. We gaan naar een lama die boven Manang in een huisje tegen de berg woont. De 91 jarige zegent ons, zodat we veilig de Thorung La over komen. Het heeft geholpen, want toen Heleen aan het eind van haar Latijn was, kwam er precies op tijd een paard langs. |
|
Manang - Yak Kharka
Dag 8 Vrijdag 19 oktober (3:30 uur) Schitterende dag met veel zon. Het wordt 's nachts steeds kouder. Buiten vriest het en in de kamer is het maar een paar graden boven nul. Onze nieuwe donzen mummie slaapzakken bevallen goed. Helemaal ingesnoerd liggen we in bed. Het thermo ondergoed komt nu van pas. We hebben een kamer met prachtig uitzicht op de bergen. Het is een korte wandeling vandaag, maar te veel stijgen per dag maakt de kans op hoogteziekte groter. |
|
Yak Kharka - Thorung Phedi
Dag 9 Zaterdag 20 oktober (3:30 uur) Alweer een dag met prachtig weer. Neus en oren goed insmeren, want het zonnetje is hier sterk. We maken het laatste sprongetje van 400 meter omhoog richting Thorung La. Morgen gaat het gebeuren. Ik maak vandaag een foto van "onze" drager. Meestal draagt dezelfde man onze rugzak. Hij brengt hem tot in de kamer en komt hem 's morgens weer ophalen. Per twee trekkers hebben we één drager. Je moet dus samen met een rugzak doen. Zeven kilo pp mag je meenemen. Dat is niet veel. Zeker als je bedenkt dat er een paar winterse dagen in deze reis zitten. De reisleider/gids laat doorschemeren dat twintig kilo met twee personen ook mag. Gelukkig maar, want met onze slaapzakken erbij komen we over de veertien kilo heen. Zoals je ziet op de foto, wordt er een touw met hoofdband om de rugzak gebonden. Nepalezen dragen het meeste gewicht met hun hoofd. De heupband doen ze niks mee. |
|
Thorung Phedi -Thorung La- Muktinath
Dag 10 Zondag 21 oktober (7:30 uur) Om kwart voor vijf vertrekken we in het donker. Onze hoofdlampjes verlichten het pad. Het vriest, maar er staat gelukkig geen wind. Het vroege vertrek heeft te maken met de wind die vanaf tien uur op de pas gaat waaien. Je moet zo vroeg mogelijk boven zijn. Het eerste stuk gaat goed. Bij de theepauze, vraagt de gids aan mij of Heleen het zal halen. "Ik weet het niet," zeg ik. Hij raadt aan om met een paard verder te gaan, omdat met Heleens tempo het nog drie uur zal duren. Heleen wil van geen paard weten. Na de pauze verandert ze snel van gedachte. Gelukkig zijn ons net vier paarden gepasseerd, waarvan een zonder berijder. De gids geeft een schreeuw en de man met de paarden stopt. Heleen gaat verder te paard. Een koude tocht ondanks alle laagjes kleren. Zelf kan ik nu met een hoger tempo lopen. Stap, stap, stap, 81, 82, 83, 84. Ik loop constant te tellen, maar raak steeds de tel kwijt en begin opnieuw. Omdat ik de laatste ben, loopt de gids achter me. Hij neemt mijn rugzakje over. Dat geeft net genoeg verlichting om verder te gaan. Na verloop van tijd haal ik een van onze groepsleden in. "Ik kan niet meer en het is nog een uur," roept ze. Dat is nog eens bruikbare info. Ik roep nonchalant dat ik nog genoeg energie heb. Kennelijk had de hoogte ziekte me toen al te pakken. Een van de kenmerken is, dat je je eigen situatie niet goed kan inschatten en overmoedig wordt. Even later, het tijdsbesef is kennelijk ook in de war, hoor ik een Duitse gids zeggen dat het nog "ein Viertel" is. Zo mag ik het horen. Ik haal nog vijf leden van onze groep in. Later hoorde ik dat ik ze hevig slingerend voorbij ging. Ik praatte met een dubbele tong. Tijdens de weinige momenten die ik uitrust, merk ik dat de ademhaling en hartslag niet afnemen. Niks doen op deze hoogte is al voldoende inspanning. "Dit moet niet lang duren," dacht ik. Ineens ben ik na vier en een half uur op de pas. Heleen zit verkleumd in het theehuisje en dreigt onderkoeld te raken. Ik heb het gevoel dat ik een fles wijn op heb en gedraag me ook zo. Ik meen, in een Duitser met baard, Bin Laden te herkennen. "We hebben Bin Laden gevonden", riep ik luid. Even later zet ik een dronkemanslied in. Het is duidelijk dat we snel naar beneden moeten. Even een foto maken en snel afdalen. Het waait inmiddels stevig en we vinden niet de moed om even voor een foto te poseren. Herstel laat langer op zich wachten dan ik hoopte. Pas na 1400 meter afdalen, gaat de dreigende hoofdpijn weg. Het duurt nog enige dagen, voordat de ademhaling weer normaal is. |
|
Muktinath - Kagbeni
Dag 11 Maandag 22 oktober (3 uur) Voor het ontbijt bezoeken we het klooster (gompa) in Muktinath. Na het ontbijt vertrekken we richting Khagbeni. De route gaat bergafwaarts door een gebied dat grote overeenkomsten vertoont met de Tibetaanse hoogvlakte. De rivieren en zijstroompjes zijn diep ingesleten in het zandkleurige landschap. Kleine oases in het ruige landschap verlevendigen het uitzicht. De witte Himalaya pieken steken verblindend af tegen de helblauwe lucht. Na een half uur lopen komen we door Jharkot, een leuk en levendig dorpje op een richel boven de Jhong Khola vallei. Twee uur verderop zien we het dorpje Kagbeni (2800 m) liggen. |
|
Kagbeni - Marpha
Dag 12 Dinsdag 23 oktober (4 uur) Het pad richting Marpha loopt door een brede, droge rivierbedding. Om elf uur begint de wind aan te wakkeren. Het gaat om een koude wind die van het Dhaulagiri massief komt. We zullen twee dagen last houden van dit verschijnsel. Vandaag komen we door Jomsom. Tot onze verbazing is hier een flappentapper, die niet in de reisgidsen genoemd wordt. Splinter nieuw dus. Hij werkt maar een paar uur per dag. Heeft waarschijnlijk met een dure satelliet verbinding te maken. In Marpha bezoeken we een gompa, waar een dienst wordt gehouden. Klik hier voor een filmpje met geluid. |
|
Marpha - Ghasa
Dag 13 Woensdag 24 oktober (6 uur) Het is altijd leuk om even met de camera een dorpje in te lopen. Kinderen, volwassenen en dieren genoeg om op los te knippen. Vandaag neemt een van de dragers afscheid van ons. Hij is ziek geworden. Iets met de longen. Misschien tbc? Wegens het besmettingsrisico, informeert onze gids er later in Kathmandu naar. Nee, het was geen tbc. Om in het ziekenhuis te komen, moest de man twee dagen lopen en minstens tien uur met een bus. Valt niet mee als je ziek bent. Dat is wel wat anders dan een uurtje moeten wachten bij de dokter in Nederland. |
|
Ghasa - Tatopani
Dag 14 Donderdag 25 oktober (4:15 uur) Het weer is alweer een stuk warmer. We zijn van de appelbomen afgedaald tot een hoogte waar sinaasappels groeien. In Tatopani, waar we overnachten, zijn warme bronnen. Een weldaad voor het geteisterde lichaam. |
|
Tatopani - Sikha
Dag 15 Vrijdag 26 oktober (4 uur) Volgens het reisplan hebben we vandaag een rustdag. Omdat we morgen dan 1700 meter zouden moeten klimmen, heeft de gids besloten om vandaag alvast de helft van deze klim te maken. Het is en prachtige wandeling door dorpje en bossen. We lopen door een bos waar krekels het hoogste woord voeren. Ik zie kans om een foto van een krekel te maken. |
|
Sikha - Ghorepani
Dag 16 Zaterdag 27 oktober (3 uur) We klimmen door naar Ghorepani. |
|
Ghorepani - Tirkedungha
Dag 17 Zondag 28 oktober (4 uur) Afdaling naar Tirkedungha. Een aantal uren doen we niets anders dan een trap met 3280 onregelmatige treden afdalen. Dit is 's avonds in de kuiten te voelen. |
|
Tirkedungha - Naya Pul - Pokhara
Dag 18 Maandag 29 oktober (2:30 uur) Van verre horen we auto's en bussen toeteren. Na 18 dagen staan we weer op het asfalt. Met de bus gaan we naar Pokhara. 's Avonds biedt de groep een diner aan aan de dragers en de gidsen. Tevens worden de fooien gegeven. Deze reis was een schitterende ervaring, maar we hebben besloten om in de toekomst niet meer zulke lange tochten te maken. Een week tot tien dagen wandelen is lang genoeg. Verder moeten we concluderen dat vier weken in een groep voor ons te lang is. |
|
Zie ook: | Portretten van Nepalezen Rondreis Nepal 2006 Langtang Helambu |
Heleen's foto's Nepal Sponsorleerling |